sage, legende, sprookjes, verhalen, Veluwe
Het klooster Op de plek van het Solse Gat in de buurt van Putten (òòk Veluwe) , stond vroeger een klooster. Een groot katholiek klooster waarin ruim honderd monniken woonden en werkten. De monniken leefden van de eigen akkerbouw, moestuin en bierbrouwerij. Ze hadden het goed en deelden de verworven welvaart met de plaatselijke bevolking. Leergierige kinderen mochten naar het klooster komen en leerden er lezen en schrijven. De monniken hielden van de dorpelingen en de dorpelingen van de monniken. Bij ziekte of armoede kon de bevolking altijd op de betrouwbare monniken rekenen. Na honderden jaren van harmonie, kwam er een omslag. Het verhaal gaat dat de monniken zich steeds minder vroom en ook minder dienstbaar opstelden. De monniken werden zelfs onbegrensd... Zij vertoonden gedrag dat absoluut niet bij monniken past. Of dit gedrag door het vele bier kwam of door dubieuze kruiden die in de buurt van het klooster groeiden, dat is tot op heden een raadsel gebleven. "Een unheimische plek" De reputatie van de ooit zo gerespecteerde monniken veranderde hierdoor... De dorpelingen gingen enkel nog de slechte kanten van de grenzeloze monniken zien en velen werden een beetje bang van de monniken en hielden afstand. Er waren zelfs verhalen dat de Monniken kinderen en vrouwen naar binnen lokte voor hun lusten... De verdwijning! Op een zonnige zondagmiddag vlak na Pasen loopt Jan, uit het nabijgelegen dorpje Drie, langs het klooster. Hij hoort het gebral van de dronken monniken vergezeld gaand van een poging tot gezang. Hij krijgt meteen de rillingen over zijn rug, ook nog vanwege alle verhalen en waarschuwingen. Jan wil eigenlijk snel verder voorbij het klooster lopen, uit angst dat hij een dronken Monnink tegenkomt. Dat heeft zijn moeder ook opgedragen!. Toch blijft Jan even staan, bijna tegen zijn wil in. Hij kan niet verder en moet even kijken. Er klopt iets niet, maar wat? Zijn hart klopt in zijn keel en hij tuurt rond. Al zijn zintuigen staan op scherp. De tienjarige Jan kent deze weg en de omgeving als zijn broekzak, hij komt er immers dagelijks langs. "Ik moet het zien! Ik voel in al mijn vezels dat er iets is." Opeens ziet hij het! "Het klooster zakt langzaam de grond in, de dronken monniken hebben niets door. "Dit kan niet waar zijn!" Jan wrijft in zijn ogen, kijkt nogmaals en luistert goed: het is stil, doodstil, zelfs geen vogel die zingt, op een zompig geluid na. Het klinkt alsof hij met zijn eigen laarzen in de modder wegzakt, opgezogen wordt. Jan checkt even, en nee hoor: "Niets aan de hand.... Wat een opluchting!" Jan schudt zijn hoofd nog een keer en zegt: "Het klooster zakt echt weg!" Op een drafje gaat Jan terug naar huis en vertelt zijn ouders, die net aan de koffie zitten, alles wat hij heeft gezien. Vader en moeder laten de koffie staan, grijpen hun jassen van de kapstok en rennen met Jan mee, naar de plek des onheils... Eenmaal aangekomen is iedereen met stomheid geslagen. "Wat is hier gebeurd?" Midden in het Solse Gat zien ze nog net één van de torentjes van het klooster in de modder verdwijnen. Een heel klooster met een oppervlakte van maar liefst 950 vierkante meter en twaalf meter hoog, met alles erop en eraan en erin, is opgeslokt door de aarde. Het Solse Gat heeft genomen! Verbouwereerd kijkt het handjevol dorpelingen Binnen een paar minuten was de aarde weer compleet gesloten en leek het alsof er nooit een klooster of ander bouwwerk op deze plek heeft gestaan. Nooit heeft iemand nog iets van één van de monniken of het klooster gezien of gehoord. "Vanaf dat moment vreesden de dorpelingen het Solse Gat" De verklaring van de nieuwe protestantse kerkelijke leiders was toen: "Het is een straf van God wat hier gebeurd is, omdat de monniken zich niet vroom genoeg hebben gedragen." Enkele dorpelingen beweerden toen èn nu nog steeds dat om de zoveel honderden jaren het Solse Gat gewoon een offer neemt. Er staan gelukkig lage hekken omheen... Wees gewaarschuwd! Het Solse Gat is een grote leemkuil, te vinden ergens tussen de plaatsen Putten, Garderen en Drie. Het ligt midden in het bos, waar het Speulderbos overgaat in het Sprielderbos. Deze plek wordt als een mythische plek beschouwd.
Over het Solse Gat gaan meer verhalen rond, Ieder behorend bij een ander tijdperk en de op dat moment overheersende volksbeleving. De natuurvolkeren bijvoorbeeld zagen het Solse gat als een plek om de zonnegod Sol te vereren, die juist deze plek speciale krachten toebedeelde. Uit deze tijd zijn nog vermeldingen te vinden, dat er plotseling objecten en mensen in het Solse Gat zijn verdwenen. Met het intreden van het katholicisme werd zonnegodverering als barbaars gezien en liefst zoveel mogelijk uit de geheugens van de mensen gewist. Met de opkomst van het protestantisme moest het katholicisme negatief worden neergezet, vooral met een bijpassend verhaal. Dit laatste verhaal is ook het bekendste verhaal: Over een klooster dat spontaan wegzakt en voor altijd verdween ... de andere verhalen (sage)volgen een ander keertje! verhalen vanuit het hart over de Veluwe
0 Opmerkingen
Laat een antwoord achter. |
AuthorMijn naam is Jacqueline Postma, ik vertel graag verhalen, verhalen met een boodschap, een moraal. Archives
April 2023
Categories |
Veluwseverhalenverteller Jacqueline Postma ...brengt de Veluwe tot leven...