5/22/2020 0 Comments Opa: "Waarom heb ik een naam?"![]() "Opa waarom heb ik een naam?" vraagt het kleinkind van een jaar of zes. "Als je een naam hebt, kan ik je roepen en dan kun je naar mij toe komen." Het kleinkind denkt even na. Opa gebruikt de korte stilte om verder uitleg te geven. "Als je met een vriendje of een vriendinnetje speelt, is het ook handig als je hem of haar bij de naam kunt noemen." Het kleinkind knikt bevestigend. "Maar opa ben ik dan mijn naam?" Opa glimlacht en zegt: "Nee, Je hebt een naam omdat dit handig is, daarom heeft iedereen een eigen naam. Jij bent veel meer dan jouw naam alleen." Het kleinkind denkt even na en zegt dan: "Maar wie ben ik dan? Ik kan ook best veel, zoals fietsen, tekenen, eten zonder morsen en al een beetje schrijven. Ben ik dat dan?" Opa glimlacht: "Dat kun je allemaal en hoort ook bij jou. Net zoals wat je lekker vindt om te eten en met wie je graag speelt. Voor mij ben jij: Vreugde, hoop, geloof, liefde, verwachting, blijdschap, mogelijkheden en nog veel meer." Opa kijkt even naar zijn kleinkind en gaat verder. "Al die dingen samen maken jou tot wie jij bent. Alles wat je graag doet, denkt en zegt, de kleding die je aan hebt." Het kleinkind luistert aandachtig en zegt: "Dat is veel!" Opa knikt: "Je bent alles wat je wilt zijn. Jij kunt kiezen." Het kleinkind staart even voor zich uit... "Maar ik weet nog niet wat ik allemaal wil. Nu ben ik zes, maar over een paar jaar ben ik ouder en wil ik misschien iets heel anders;" Zegt het kleinkind, terwijl het op schoot klimt. Opa knikt grinnikend: "Dat hoef je nu nog niet te weten, daar kom je vanzelf achter als je ouder wordt." Het kleinkind geeft opa een dikke knuffel. "Wil je nu een ijsje?" Vraagt opa tenslotte. Het kleinkind lacht en knikt bevestigend. "Kijk zo simpel is het leven, zo makkelijk is kiezen wat je wilt. Jij wilt nu een ijsje." Opa en kleinkind genieten samen van het ijsje... "Maar opa, jij heet Opa en bent opa." Opa knikt. "Dat is nou zo leuk aan opa zijn! Dat hebben alleen opa's en oma's."
0 Comments
5/19/2020 1 Comment Roodkapje en haar vriend de Wolf![]() Roodkapje en haar grote vriend de Wolf lopen graag samen door het bos. Niemand weet dat Roodkapje bevriend is met de Wolf en ook de Wolf houdt dat liever zo. Wolf wil namelijk zijn reputatie een beetje hooghouden. Wolf: "Ik wil geen knuffelhond of schoothondje genoemd worden, maar met Roodkapje knuffelen is wel erg fijn. Dit hoeft natuurlijk niemand te weten." Roodkapje durft ook niet over haar vriendschap met de Wolf te praten en al helemaal niet met oma: "Oma vertelt altijd zulke nare verhalen over boze wolven die oma's opeten. Dat snap ik niet, want Wolf lust geen oma's en ook geen kinderen trouwens." Wolf: "Klopt helemaal! Beiden lijken mij niet erg smakelijk. Ehhh... de koekjes van oma lust ik daarentegen wel heel erg graag." Roodkapje: "Toch jammer dat door bijvoorbeeld mijn oma die rare verhalen de wereld inkomen. Dat is slecht voor je reputatie." Wolf haalt zijn schouders op: "Mensen zijn angsthazen." foto: van Jana van Sanden foto: Jana van Sanden ![]() Roodkapje is pas zeven jaar. Zij is erg ondernemend en niet snel bang. Wolf voelt zich bovendien ook erg verantwoordelijk om Roodkapje te beschermen. Wolf: "Je weet immers nooit wat voor enge figuren er bijvoorbeeld in het bos rondlopen. Soms lopen er mannen met geweren rond en die gaan op herten, zwijnen en konijnen schieten. Je hebt zomaar verdwaalde kogels...Gek hoor, maar daar zijn de mensen dan weer niet bang voor. Raar!" Vanwege de verhalen van oma, is bijna iedereen bang voor de wolf. "Maar dat heeft ook zijn voordelen", meldt hij vrolijk. Roodkapje kent het bos op haar duimpje en het valt haar dan ook meteen op als er iets veranderd is. Roodkapje: "De familie uil heeft bijvoorbeeld net jongen gekregen, net als de eekhoorns. De ouders zijn dus erg druk in de weer om voor hun kroost te zorgen en dat is erg leuk om te zien." Wolf: "Ik hoop dat er binnenkort een wolvin hier in het bos komt wonen. Als ze me leuk vindt kunnen we ook samen welpjes krijgen." Roodkapje lacht en knuffelt Wolf even: "Jouw tijd komt nog." ![]() Roodkapje en wolf lopen verder: "Wolf, weet je waar ik me een beetje zorgen over maak?" Wolf schut zijn kop en kijkt Roodkapje vragend aan. "Er waren vanochtend drie mannen in het bos en die hebben een paar dozen in het verlaten huisje achtergelaten. Misschien zijn zij er nog." Van een afstand kijken wolf en Roodkapje naar het verlaten houten huisje. Het is stil, enkel de dierlijke bosbewoners zijn te horen. De twee lopen voorzichtig stapje voor pootje. Wolf is waaks en Roodkapje voelt de spanning in haar buik. Roodkapje is vastberaden: "Ik wil weten wat die mannen hebben neergezet. Hier zit een luchtje aan, Wolf!" Voorzichtig komen ze dichterbij. Het is duidelijk, de drie mannen met de paardenwagen zijn verdwenen. Roodkapje loopt behoedzaam naar de deur. Met kloppend hart in haar keel, probeert ze de deur te openen: "Raar Wolf, dat de deur niet eens op slot zit." foto: Jana van Sanden foto: Jana van Sanden ![]() Roodkapje loopt behoedzaam naar binnen. Wolf blijft waaks om zich heen kijken en houdt buiten de wacht. Roodkapje opent voorzichtig een doos en maakt voor de zekerheid een sprongetje achteruit. Er gebeurt niets. Roodkapje buigt voorover en kijkt over de rand van de doos. "Sieraden?" roept ze vol verbazing. Ze opent nu ook de ander dozen. "Nog meer sieraden!" "Wolf het zijn gewoon sieraden." Roodkapje gaat op het bankje zitten en stopt een aantal sieraden in haar mandje. "Wolf, ik neem wat sieraden mee om aan oma te laten zien." Wolf maakt een zacht grommend geluid en kijkt even om de hoek. Roodkapje doet snel de dozen weer dicht en gaat naar buiten. Wolf en Roodkapje rennen snel weg. Als ze achter een heuveltje zijn, stoppen ze even om uit te hijgen. Op dat moment horen ze in de verte paard-en-wagen. Wolf spitst zijn oren. "Ze komen deze kant op Wolf," fluistert Roodkapje. Wolf knikt begrijpend. ![]() Roodkapje gaat op haar buik liggen en kijkt richting het huisje. Ze ziet een bekend paard, het paard van de boswachter. "De zoon van de boswachter, die herken ik, en wie zijn de andere twee? Wolf snuift de geur op. Roodkapje: "Je ruikt iets Wolf ik zie het aan je." Opeens draaien de ander twee zich om richting Roodkapje en de wolf.. Roodkapje duikt weg. "Ik weet nu ook wie de anderen zijn, Wolf. De zoon van de burgemeester en de zoon van de dorpsagent." Vanachter de heuvel horen ze de jongens het huisje in gaan. "Nu moeten we snel wegwezen Wolf." Terwijl Roodkapje dit zegt, staat ze meteen op en rent een stuk verder het bos in. Na vijf minuten rennen, wandelen ze rustig verder. "We gaan samen naar oma, Wolf, en vertellen haar het hele verhaal. Ik weet zeker dat zelfs oma van jou gaat houden." Roodkapje en Wolf komen aan bij oma's huis. Oma is net aan het gamen. Zij probeert stiekem een hogere score dan Roodkapje te krijgen. Bij het zien van Roodkapje en haar vierpotige vriend, stopt oma meteen. Lichtelijk verward over wat ze waarneemt, poetst oma snel haar brilletje en zet het gehaast weer op. Met grote ogen kijkt ze recht in de ogen van Wolf... "Wie heb jij meegenomen Roodkapje?" Vraagt oma verschrikt terwijl ze haar schommelstoel wat naar achteren schuift. Roodkapje en Wolf vertellen het hele verhaal aan oma, zelfs dat ze al heel lang bevriend zijn. Roodkapje: "Wolf beschermt mij altijd." Wolf wil een goede indruk maken en voegt er nog even aan toe: "Ik lust trouwens geen oma's, maar ik ben wel dol op uw koekjes." Oma zucht, terwijl ze Wolf nog eens diep in de ogen kijkt; "Kom hier Wolf." Oma knuffelt Wolf intens en geeft hem een paar koekjes. Oma weet nog niet goed wat ze met het sieradenverhaal aan moet. Voor de zekerheid belt ze de pastoor. "Die heeft zeker geen zoon die erbij betrokken is." De pastoor komt meteen aanzetten en krijgt het hele verhaal te horen. Bij het bestuderen van de sieraden valt hem wat op; "Deze armband herken ik, die is van de vrouw van de bakker. Ze heeft hem altijd om als ze in de winkel staat. Vandaag vertelde ze mij dat deze uit haar huis gestolen is. Oma, Roodkapje en Wolf worden er stil van. Pastoor: "Wat erg dat deze jongens ons hebben bestolen, iedereen vertrouwde ze." Samen zorgen ze ervoor dat de dieven gepakt worden. De bakker en de pastoor zorgen er ten slotte voor dat de sieraden worden teruggegeven aan de rechtmatige eigenaren. Het verhaal over Wolf, als grote beschermer, gaat als een lopend vuurtje door het dorp. Uiteindelijk is niemand meer bang voor Wolf, zelfs oma niet. Roodkapje en Wolf wandelen samen nog veel in het bos en beleven nog veel meer avonturen. Oma geeft voortaan extra koekjes mee voor Wolf. Alle gebruikte foto's van Roodkapje en de Wolf zijn gemaakt door: Jana van Sanden
5/15/2020 0 Comments De vennetjes in Wekerom![]() Een sage over het Wekeromse zand en het ontstaan van de vijf vennetjes... Een paar honderd jaar geleden woonden er in Wekerom een groot aantal boeren. Eén van die boeren had zeven dochters; zijn vrouw was inmiddels overleden. Ze waren arm en om eerlijk te zijn ook niet echt slim. De vader was een harde, liefdeloze man. Zijn dochters hadden genoeg te eten en een dak boven hun hoofd, maar liefde kregen ze niet. Ze kregen wel slaag en werden geregeld uitgescholden. De boer en de zeven dochters werden door de overige dorpsbewoners vermeden. Toen de oudste dochters de huwbare leeftijd bereikte, kwam er niemand om hun hand vragen. Zo werden ze ouder en, volgens de dorpsbewoners, ook minder aantrekkelijk. Op een koude winteravond klopte er een koopman aan om te vragen of hij de nacht mocht doorbrengen bij de boer. De boer die zijn volle koopmanskraam zag, bood hem meteen onderdak aan. De jongste dochter keek nieuwsgierig naar de kraam en wilde een laatje ervan opentrekken, om te kijken wat erin zat. De vriendelijke koopman gaf alle zeven dochters een klein geschenk en de boer gaf hij een geldstuk vanwege zijn gastvrijheid. De boer was gecharmeerd van zijn vrijgevigheid en rook meer rijkdom. Voor het slapen gaan benadrukte de koopman dat niemand het bovenste laatje mocht openmaken, want dat bracht ongeluk. De dochters en de vader vielen in een diepe slaap. Bij het kraaien van de haan werd iedereen wakker en zag de koopman meteen dat het bovenste laatje geopend was en dat de inhoud verdwenen was. De koopman zei voordat hij vertrok: "De verdwenen inhoud zal de onrechtmatige eigenaar ongeluk en verdriet brengen èn ... uiteindelijk zal deze sterven." Het ontvreemde was namelijk een gouden hart dat de dief koud en gevoelloos maakt. Binnen een paar dagen stierf de jongste dochter. De hebberige vader die een gouden hart verwachtte aan te treffen, sneed haar borstkas open, maar vond geen gouden hart. De boer heeft zijn jongste dochter op het Wekeromse zand begraven, daar waar spontaan na het ritueel een ven ontstond... De boer schonk er geen aandacht aan, maar hij bleef zich onrustig voelen en was nog steeds vol hebzucht. De twee oudste dochters wilden vluchten, omdat ze hun vader niet meer vertrouwden. Hij had een nog koudere blik in zijn ogen dan voorheen. De oudste wilde er samen met de overige vier zusters vandoor gaan. Weg van hun vader, weg van het geweld, naar een veilige plek. De vier jongste dochters wilden echter niet mee, ze bleven liever thuis bij hun vader. De oudste dochters die zich erg verantwoordelijk voelden, probeerden hun zusters nog te overtuigen. Maar zonder succes. De oudsten vertrokken 's nachts. Diezelfde nacht heeft de vader zijn overige vier dochters vermoord om te kijken of zìj een gouden hart hadden. Bij geen van de dochters bleek dit het geval. De vader heeft ook de vier dochters verspreid over het Wekeromse zand begraven. Zodra de overleden dochter was begraven ontstond ook op die plek, plotsklaps een ven. Daarom zijn er nog steeds vijf vennetjes op en rond de huidige Wekeromse zandverstuiving. Van de vader is overigens nooit meer iets gehoord. De gevluchte dochters hoorden dit vreselijke nieuws van een marktkoopman . Hij gaf de zusters een pakketje. "Maak dit thuis pas open. En leef eerlijk en liefdevol, zowel voor de natuur als voor je huiselijke omgeving. Dan zal dit pakketje jullie geluk brengen. Jullie vader is inmiddels gestorven en verdwenen. Het huis is leeg en het is vanaf nu van jullie. Dit pakketje zal jullie geluk brengen, omdat jullie het rechtmatig hebben gekregen." ![]() De zusters gingen terug naar huis en leefden eerlijk en liefdevol. Zo hielpen ze bijvoorbeeld mensen en dieren in nood. De zusters werden alom gerespecteerd en gewaardeerd en leefden, ondanks de gekwelde zielen, een gelukkig leven. de 5 vennetjes rond het Wekeromse zand Hieronder afbeeldingen gemaakt op het Wekeromse zand. ![]() De bloedsteen op landgoed Kernhem spreekt al generaties tot de verbeelding. En de verhalen achter deze steen zijn minstens even mysterieus als de steen zelf. Wat is nu het werkelijke verhaal achter deze steen? Volgens het gemeente-archief in Ede is daar niet een éénduidig antwoord op te geven. Landgoed Kernhem wordt al honderden jaren bewoond door een landheer, een graaf of een hertog. Om het landgoed heen wonen ook al eeuwen boeren en ambachtsmensen. Deze laatstgenoemde bewoners hebben een eigen natuurgeloof. Het verhaal gaat dat honderden jaren terug bij landgoed Kernhem bovenop de heuvel (op de huidige Doolhoflaan) een offersteen of inwijdingssteen lag. Deze steen wordt tegenwoordig; "De bloedsteen' genoemd. Deze grote platte steen ligt volgens sommigen sinds lange tijd meer heuvelafwaarts... Dit komt doordat een rijke dame in het verleden een chique doolhof wilde aanleggen waarvan de heuvel het middelpunt vormde. De steen lag voor dit plan, eigenlijk gigantisch in de weg. Dus hebben ze deze naar beneden geduwd, waar de steen nu nog steeds ligt. Een ander verhaal is dat deze kolossale steen te voorschijn is gekomen bij het grindgraven op de Doesburgerheide. De werkmannen wilden de Huidige "Bloedsteen" op het Kerkplein leggen, omdat het een indrukwekkend grote steen is. Deze sterke mannen duwden de steen richting het Kerkplein, maar de steen bleek te zwaar, of de afstand te groot. De mannen hebben de "Bloedsteen" bij de begraafplaats laten liggen, waar de Doolhoflaan (nog steeds) langs gaat. De begraafplaats werd uitgebreid in de jaren 30 van de vorige eeuw, De "Bloedsteen" lag hiervoor in de weg. Deze werd dus verplaatst, Volgens sommigen naar de huidige plek op de Doolhoflaan, midden in het bos. Een ander verhaal is dat in oktober 1962 de "Bloedsteen" opeens spoorloos is verdwenen. De boswachter geloofde eerst zijn eigen ogen niet. Later bleek dat studenten uit Wageningen de steen hadden meegenomen. Een stel nieuwelingen van de studentenvereniging had namelijk de opdracht gekregen deze steen ongemerkt te stelen en naar Wageningen te brengen. Als ontgroeningsstunt! De steen is uiteindelijk weer netjes teruggebracht en op de toenmalige plek teruggelegd. Waar trouwens niemand over twist, is dat als er bij volle maan 's nachts een speld in de "Bloedsteen" wordt gestoken, er bloed uit vloeit. Dit komt doordat er zoveel dierlijk en misschien wel menselijk bloed in zit vanwege de offers die in vroeger tijden op deze steen zelf werden volbracht. Is dit onzin? nee, want als je bij schemerlicht goed kijkt bij de steen, dan zie je er een bloedrode glans bovenop. En voor de mannen een waarschuwing... pas op bij volle maan, want dan zijn ook de witte wieven hier actief! (zie hiervoor het verhaal van de witte wieven). Hieronder het doolhof zoals het er ooit heeft uitgezien. Vandaag de dag zijn er enkel wat contouren waar te nemen. |
AuthorMijn naam is Jacqueline Postma, ik vertel graag verhalen, verhalen met een boodschap, een moraal. Archives
April 2023
Categories |
Veluwseverhalenverteller Jacqueline Postma ...brengt de Veluwe tot leven...